Terug

Over een kind dat droomde…

02/07/2023

-door Dirk Wevers

Over een kind dat droomde …
Over een kind dat droomde over draken … .
Over een kind dat droomde over één specifieke draak … .
Over een kind dat droomde dat het werd opgegeten door die specifieke draak … .
Over een kind dat droomde dat het werd opgegeten door een draak en daar naar verlangde.

Raar kind, zeggen velen dan.

Wie van jullie heeft er ooit schrik van iets of iemand gehad?
Wie van jullie heeft er ooit schrik van iets of iemand gehad en heeft daar nu geen schrik meer voor ?
Ik geloof namelijk dat die mensen een – eigenlijk moet ik zeggen – hún draak hebben gezien/ leren kennen.

Rare mens, die verteller, denken velen dan.
Thomas, sorry meisjes, maar zo heet het kind dat droomde dat het door een draak werd opgegeten en daar naar verlangde. Hij/ zij die dit verhaal niet geloven, noemen we een ongelovige Thomas.
In Thomas zijn droom werd hij niet opgegeten, opgegeten. De draak beet geen stukken uit zijn lijf. Zijn hoofd bleef netjes op zijn nek, zijn handen aan zijn armen, zijn voeten waar ze moeten. Alles zoals het hoort. Thomas werd als het ware opgeslokt. Met huid en haar, zoals soms wordt gezegd maar dan … liefdevol.

Meestal begon een droom van Thomas over iets naars. Hij had schrik van de drieling aan de overkant van ’t straat die hem soms pestte. Of hij had verdriet omdat hij dacht aan Opa Piet of zijn hond, Nathan van wie hij afscheid heeft moeten nemen … en dan kwam zijn draak en die slokte hem op!  Hap, slik, weg maar dan ‘liefdevol.
Thomas zat dan in die draak.

Soms kroop hij naar boven, tot in het hoofd van draak en kon dan zien, door de ogen van de draak; helder en scherp. Van op een (veilige) afstand maar toch helder en scherp. En vaak hielp dat. Soms hebben we angst om niets. Soms is verdrietig zijn, ook een beetje dood gaan en dat willen Nathan en Opa Piet, niet.
Soms kroop hij tot in het hart van de draak. Een hart heeft verschillende kamers.

Thomas kroop vaak in de grootste kamer. Daar vond hij ruimte. Daar kwam hij tot rust. Hij luisterde naar de hartslag van de draak. Hij voelde het ritme van de ademhaling van de draak. Het duurde niet lang of hij ademde op hetzelfde tempo als de draak en zijn hart klopte op hetzelfde (rustige/ trage) ritme dan het hart van de draak. Dat waren de momenten waarop alles klopte!

Thomas ‘rolt’ zo soms tot in een andere kamer van dat Hart. Daar droomde hij de mooiste dromen. Daar wist hij wie hij wilde zijn, wat hij allemaal wilde doen, realiseren, … . In die kamer vond hij ‘moed’ en keek hij iedereen recht in de ogen.
Elke nacht weer verzeilt Thomas tot in de rechtervoet van draak en plots hangt dan zijn gezicht vol slijm. Thomas wakker. Pamina, de nieuwe hond, een echte sloeber, likt en kwispelt Thomas zo uit zijn bed. Elke morgen weer. Opa Piet moet lachen. Nathan kwispelt blij.

Nu kan je begrijpen dat er een kind was dat ernaar verlangde opgegeten te worden door een draak. Natuurlijk is Thomas nooit echt opgegeten geworden door een ‘draak’. Eigenlijk is het omgekeerd.

In ieder van ons zit er wel een soort van draak. Soms vele kleintjes (en die vormen dan soms één grote draak), soms ze er voor even, soms voor lang of een hele leven. Die draakjes, klein of groot leren ons wie we echt zijn, zijn. Kijk ze recht in de ogen en ze gaan. Hou van ze, omhels ze, worstel ermee, leer ze kennen, werk ermee samen en jullie (jij) worden ‘sterk’. De draak die blijft, die word je vriend. Samen vliegen jullie op grote hoogtes, onoverwinnelijk zijn mensen met een groot hart, met vele kamers, ‘licht’, ‘lucht’, ‘ruimte’ en ‘liefde’. Zie jezelf graag!

Misschien had ik beter een verhaal verteld vol gruwel, pijn en bruut geweld, met vuurspuwende griezelige, afzichtelijke draken die kinderen in twee bijten en hun botten en beenderen gebruiken om dat stukje vlees of die nieuwe schoen van dat laatste kindje tussen hun tanden uit te peuteren om daarna, met een beker vol bloed te toosten op … nog, nog, nog!

Misschien was dat beter geweest maar dat was gisteren … .
Nu weet ik beter. Nu vertel ik enkel nog wat ik echt geloof!

Meer over Dirk Wevers

 

Terug